3-7 Zetetic
Gegeven zijn twee getallen G en H met G > H, vind drie getallen A, B en C met A > B > C
en .
Toon aan dat A = G2, B = G × H en C = H2 voldoet.
Voorbeeld: gegeven zijn G = 2 en H = 3.
De gevraagde getallen zijn A = 9 en B = 6 en C = 4
want de verhoudingen zijn inderdaad
.
| G,H
|