|
Gegeven het quotiënt Q en het verschil van de derde machten U van twee onbekende getallen, het grootste getal is A en het kleinste getal is B.
ld: gegeven zijn het quotiënt Q = 3 en het verschil van de derde machten U = 208.
De gevraagde getallen zijn A = 6 en B = 2.
Het quotiënt Q is inderdaad
en het verschil van de derde machten U is inderdaad
|
|