|
| 72 + 32 = 58 |
| 73 + 33 = 370. |
| K,T |
Stelsel vergelijkingen
|
|
||||||
|
Opdracht Gegeven de som van de kwadraten K en de som van de derde machten T van twee onbekende getallen, het grootste getal is A en het kleinste getal is B. | Stelsel vergelijkingen
| ||||||||||
Uitwerking Neem S = A + B en P = A × B,zodat S3 = A3 + 3A2B + 3AB2 + B3 waardoor S3 = T + 3SP. omdat S2 = A2 + 2AB + B2 daarom S2 = K + 2P dus P = ½(S2 − K). Hierdoor
dus S3 − 3SK + 2T = 0. Deze derdegraadsvergelijking met onbekende S laat zich niet eenvoudig uitwerken.
|
Voorbeeld Gegeven zijn de som van de kwadraten K = 58 en de som van de derde machten T = 370. Uit S3 − 3SK + 2T = 0
|
Eliminatie
| = |
|
= |
|
| dus |
|
etc.. |
Deze vergelijking is van de zesde graad.
Het antwoord is een uitdrukking in termen van wortels van wortels.
Voorbeelden
|
x-7
substitutie