De transcriptie begint onderaan bladzijde 158, na voorstel III en loopt door tot de eerste alinea van bladzijde 159. |
Inleiding Dit voorstel is onderdeel van een verzameling verwante constructies.
Meer informatie staat op Op bladzijde 157 moet je ver naar achter gaan: evenver als de afstand van A naar B.
Soms heb je daar niet de ruimte voor.
Frans van Schooten Junior had hier een oplossing voor.
In deze constructie gebruikte hij vergrotingsfactor 3.
Uiteraard is de constructie ook met andere factoren te maken.
Dit is de tweede manier om de afstand AB te bepalen. De andere manieren staan op webpagina's 157 (I), 160 (I) en 162. |
|
Opdracht Gegeven zijn twee punten A en B. Gevraagd wordt om de lengte van de afstand van A naar B te bepalen zonder van A naar B te gaan. | ||
Applets | ||
Bewijs Dit bewijs is een vervolg op dat van Voorstel I. Dat is het voorstel zonder de vergrotingsfactor, terwijl dit met vergrotingsfactor 3 is. Het bewijs is gebaseerd op congruente driehoeken en op vergrotingen: ∆AFH ∼ ∆EFG en ∆AFH ∼ ∆ADI en ∆EFG ≅ ∆ADI en ∆ABF ∼ ∆AKD. Door de constructie is ∆AFH een vergroting van ∆EFG, want ze hebben dezelfde hoek in F en de aanliggende zijden zijn met dezelfde factor vermenigvuldigt: AF = 3 × EF en FH = 3 × FG. Door de constructie is de ∆AFH een vergroting van ∆EFG, want ze hebben een even grote, overstaande, hoek in A en de aanliggende zijden zijn met dezelfde factor vermenigvuldigt: AH = 3 × AI en AF = 3 × AI. Daarom zijn ook de driehoeken EFG en ADI aan elkaar gelijk. Hier uit volgt dat ∆ABF een vergroting is van ∆AKD met vergrotingsfactor 3, want ze hebben een even grote, overstaande, hoek in A en ∠F = ∠D en de tussenliggende zijde is drie keer zo lang: AF = 3 × AD. Gevolg is dat AB = 3 × AK. Daarom is de op te meten afstand AK een derde van de afstand AB die niet opgemeten kan worden omdat B onbereikbaar is. | ||